In de duinen, op het strand,
hoor de stilte, de meeuwen en de zee.
Kijk daar, een duinkonijn
uit zijn holletje gekropen.
Het loopt naar het huilende meisje toe
dat daar staat op het strand
in het zand.

In een kwal getrapt
niemand in de buurt die haar verzorgt
of met haar pijn naar huis toe stuurt.
Daar biggelde een traan over haar wang.

Behalve dat ene konijn,
het kwam steeds dichterbij.
Het meisje bedaarde een moment,
daar ging ze weer,
ze staarde naar het konijn.

Het konijn kwam dicht tegen haar aan.
Het meisje vond dat fijn,
hé ... de pijn was verdwenen,
zij stopte nu met wenen
en begon te schateren van plezier,
dit duurde wel twee uur en een kwartier.
Het konijn bleef nu áltijd bij haar.
Zij was nu nooit meer alleen,
ook al waren er nóg zoveel
boze mensen om haar heen.

Frank, Vlieland, 19 juli 1995

terug   volgende

HOME